Wanneer u solliciteert naar een functie, waarbij wordt gewerkt met vertrouwelijke gegevens of kwetsbare personen (bijvoorbeeld kinderen), kan uw werkgever vragen om een Verklaring omtrent het gedrag (VOG).
Voor sommige functies zoals onderwijzer en taxichauffeur is de verklaring zelfs bij wet verplicht gesteld.
Een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) wordt afgegeven als er over de aanvrager in de afgelopen vier jaar geen informatie in de justitiële documentatie terecht is gekomen. Daarop zijn twee uitzonderingen. De aanvrager heeft in die vier jaar enige tijd in de gevangenis doorgebracht of er is in het verleden sprake geweest van een zedendelict. Indien een aanvrager in de vier jaar voor de aanvraag wel in de justitiële documentatie voorkomt, vindt er vervolgonderzoek plaats.
Een VOG kan worden gevraagd voor werkrelaties of daarmee gelijkstaande contacten. Onder een werkrelatie wordt ook verstaan het verrichten van werkzaamheden voor een vereniging of vrijwilligersorganisatie. Dit kan zowel betaald als onbetaald zijn. Bij een zogenoemde VOG-aanvraag wordt onderzoek gedaan naar het strafrechtelijk verleden van een natuurlijk persoon of een rechtspersoon.
Of er sprake is van relevante antecedenten waardoor een VOG niet kan worden afgegeven, wordt bepaald door de relatie die er is tussen de strafbare feiten en de werkzaamheden of functie die de betrokkene gaat vervullen.
Waar vraag ik een VOG aan?
U kunt een VOG op drie manieren aanvragen.
U kunt een afspraak maken om een Verklaring omtrent het Gedrag aan te komen vragen.
Termijn van beslissing
Binnen twee tot maximaal vier weken na ontvangst van uw aanvraag wordt een beslissing op uw aanvraag genomen. Met vragen over de voortgang van uw aanvraag kunt u contact opnemen met COVOG.
COVOG
Postbus 16115
2500 BC Den Haag
Telefoon: (088-9982200)
E-mail: frontdesk.dbz@minjus.nl
Internet: justitie