Het college van burgemeester en wethouders heeft het volkshuisvestingsprogramma ‘Goed wonen in Oosterhout’ vastgesteld en legt dit ter besluitvorming voor aan de gemeenteraad. Hiermee zet de gemeente een belangrijke stap om de grote woonopgaven aan te pakken. En dat doet de gemeente niet alleen. Samen met inwoners, ondernemers, Thuisvester en markt-, zorg en welzijnspartijen gaat de gemeente de komende jaren aan de slag om ervoor te zorgen dat het goed wonen is en blijft in Oosterhout voor iedereen.
Meer dan alleen wonen
De woonopgaven gaan niet alleen over het bouwen van huizen. Het gaat ook over het leefbaar, duurzaam en toegankelijk maken en houden van bestaande woningen en woongebieden. Een integrale blik is daarbij nodig. Daarom verbindt de gemeente meerdere ambities aan elkaar in dit programma. Wethouder stedelijke ontwikkeling en wonen Dees Melsen: “Deze integrale aanpak is hard nodig. Alles hangt met elkaar samen. Mensen wonen niet alleen in een huis. Ze wonen in een wijk of kerkdorp. En die moet bijvoorbeeld ook goed bereikbaar, aantrekkelijk en veilig zijn.”
Wethouder Clèmens Piena van zorg en welzijn vult aan: “Een wijk biedt een belangrijke sociale basis om een leven op te bouwen. Er moeten genoeg voorzieningen zijn, voldoende plekken om elkaar te ontmoeten en naar elkaar om te kijken. Dit alles komt samen in het volkshuisvestingsprogramma.”
Betaalbaar bouwen en wonen
Ook al richt het programma zich op meer dan alleen bouwen, betaalbare woningbouw blijft zeker een speerpunt. De aankomende 10 jaar wil de gemeente 3.500 woningen bouwen. Daarvan moet 80 procent betaalbaar zijn. Wethouder Melsen: “Oosterhout heeft te maken met vergrijzing. Daarom willen we meer jongeren, starters en gezinnen aantrekken. We zorgen ervoor dat onze eigen kinderen een woning kunnen krijgen, maar we willen ook groeien als gemeente. Om een aantrekkelijk Oosterhout te blijven, nu en in de toekomst.”
Het betaalbaar houden van woningen is net zo belangrijk als het bouwen van betaalbare woningen. De aankomende jaren onderzoekt de gemeente, samen met partners, naar mogelijkheden om dat voor elkaar te krijgen. Melsen: “Thuisvester heeft bijvoorbeeld jongerencontracten. Jongeren krijgen een maatwerkcontract voor 5 jaar. Daarna moeten zij doorstromen, zodat de volgende jongeren van hetzelfde voordeel gebruik kunnen maken. Ook de starterslening kan helpen om starters hun eerste woning te laten kopen.”
Verbinden van wonen, zorg en welzijn
Om de doorstroom van woningen te stimuleren, zet de gemeente ook in op het bouwen van betaalbare woningen voor ouderen. Langer thuis wonen betekent niet automatisch in dezelfde woning. Een thuis kan ook in een andere woning zijn die beter past bij de levensfase. Wethouder Piena: “Woningen voor onze oudere inwoners moeten levensloopbestendig zijn en in een passende omgeving. We denken bijvoorbeeld aan geclusterde woon(zorg)vormen met een plek waar ontmoeting centraal staat en zorg centraal aangeboden kan worden. Zo wordt het aanbieden van zorg ook efficiënter en effectiever.”
Wethouder Piena benadrukt dat niet alle inwoners moeten verhuizen als ze ouder zijn: “De keuze ligt nog altijd bij de inwoner zelf. Wel zien we vaak dat inwoners te laat nadenken over hun woonsituatie op de langere termijn.” Met het volkshuisvestingsprogramma zet de gemeente de aankomende jaren in om inwoners meer en beter te informeren over toekomstbestendig wonen.
Samen aan de slag
Inwoners van Oosterhout zullen niet meteen iets merken van het volkshuisvestingsprogramma. Al is het wel een belangrijk document dat in overleg met inwoners, woon-, zorg- en welzijnspartners is gemaakt. Het zijn uitgangspunten waar meerdere partijen de aankomende jaren samen mee aan de slag gaan.
Het college van burgemeester en wethouders stuurt het volkshuisvestingsprogramma ‘Goed wonen in Oosterhout’ deze week naar de gemeenteraad, inclusief de bijbehorende uitvoeringsagenda. De raad beslist op 1 april of het programma wordt vastgesteld.
