Sinds 2022 vangt de gemeente Oosterhout Oekraïners op die hun huis en familie moesten verlaten door de oorlog. Hoe ziet hun leven hier eruit en wat betekent ‘toekomst’ voor hen? Katja Krasniukova en Elena Borysova wonen drie jaar in Oosterhout en geven een inkijkje in hun leven.
In onze gemeente zijn 292 voorlopige opvangplaatsen voor Oekraïners gerealiseerd, verdeeld over vijf locaties. Buurstede is er een van. In het gebouw is ruimte voor 19 Oekraïense bewoners. Ze delen de woonkamer en grote keuken, maar hebben een eigen kamer met douche, toilet en klein keukenblokje. Katja en Elena wonen bijna een jaar op locatie Buurstede. Daarvoor woonden ze allebei op locatie Amphia in voormalig ziekenhuiskamers. Daar is plek voor honderd mensen. Katja: “De meeste kamers hebben er ook eigen sanitaire voorzieningen, maar je woont met anderen op de kamer. Ik ben heel blij dat ik hier een eigen plekje heb met meer privacy.” Elena vult aan: “De communicatie met de gemeente is goed. Het is helder wat wel en niet kan en wat de huisregels zijn. En we hebben uitzicht, de ramen op deze locatie zijn groot. Ook hebben we eigen sleutels om onze kamer af te sluiten. Hier wonen geeft meer rust.”
Alles anders
Katja en Elena komen allebei uit Oost-Oekraïne. Katja vluchtte in 2022 voor de oorlog, Elena komt uit de regio Donetsk waar de oorlog in 2014 begon. Ze raakte ernstig gewond en was meer dan een maand van haar dochter gescheiden. Na haar revalidatie begon ze in 2016 opnieuw in Kiev. In 2022 vluchtte ze met haar dochter en kwam in Nederland terecht. Elena: “In het begin was het moeilijk om te wennen. Alles was anders; de taal, de manier van communiceren, de omgeving. Nu vind ik het prettig. Ik hou van de prachtige natuur en van lachende mensen. Hier kun je eenvoudig ‘hallo’ zeggen tegen vreemden.” Katja vult aan: “In het begin moest ik wennen aan de openheid en directheid van Nederlanders. Nu houd ik ervan. Oekraïners zijn meer gesloten.” Elena lacht: “Ik mis wel de barbecueplaatsen. In Oekraïne is het gebruikelijk om met familie en vrienden samen te komen na een werkdag om te barbecueën als ontspanning.”
Werken in de zorg
Beide vrouwen voelen zich veilig in Oosterhout. Ze kunnen zichzelf zijn en hebben werk gevonden, waardoor ze echt onderdeel uitmaken van de Oosterhoutse samenleving. Katja werkt al twee jaar in een verzorgingshuis. “Ik vind het leuk om daar te werken. Het is soms zwaar, want in de zorg is altijd personeelstekort. Maar ik probeer positief te blijven. Ik ken de mensen en heb fijne collega’s. In Oekraïne was ik lerares, maar om hier les te kunnen geven, moet ik eerst de Nederlandse taal nog beter beheersen. Ik probeer dagelijks iets aan taal te doen en volg iedere week taallessen. Ik heb nu mijn lievelingsboek ‘De kleine prins’ gekocht in het Nederlands om het lezen te oefenen. Ik vind het leuk om de taal te leren en kan mensen dan ook beter begrijpen.”
Een nieuwe baan en taal
Elena werkt bij een organisatie voor medische hulpmiddelen. “Ik vind het fijn om te kunnen werken en heb goed contact met mijn collega. Wat me opvalt is dat de verhouding tussen leidinggevenden en medewerkers hier niet zo hiërarchisch is. Leidinggevenden zitten gewoon aan dezelfde tafel tijdens de lunch en zijn toegankelijk. Het contact is meer vrij dan in Oekraïne. Dat is plezierig. Ik vind het wel moeilijk om Nederlands te leren. Misschien komt het door de stress want voorheen leerde ik gemakkelijk. Maar het is belangrijk, dan heb ik meer mogelijkheden om een goede baan te vinden. In Oekraïne begon ik mijn carrière als technicus en ben ik doorgegroeid naar teamleider.”